Het kan verkeren


Vrijdag 9 maart

Het kan verkeren, zei onze Bredero zo'n vier eeuwen geleden. Gisterochtend sprak ik mijn teleurstelling uit dat niet een blogger maar een journalist uit Tunesie speechte bij de prijsuitreiking van het Vrije Woord. Gistermiddag zat ik dus naast de beste man, Lotfi Hajji, tijdens een lunch, door de provincie Zeeland aangeboden aan sponsors en bestuur van Nieuwspoort. 

Ik was blij dat hij geen idee had van mijn bedenkingen, zodat ik in alle onschuld hem het hemd van het lijf kon vragen. Hij is een van de mensen die aan de wieg stond van de  vakbond voor journalisten in 2004 opgericht. Hij werd de eerste voorzitter en kreeg tot aan de val van President Ben Ali vorig jaar regelmatig te maken met dreigementen. Hij is ook een aantal keren gearresteerd. Vorig jaar, toen de protesten in Tunesie steeds luider klonken, stuurde hij filmpjes gemaakt met mobieltjes naar Al Jazeera. Nu is hij dus hoofdredacteur van de Tunesische tak van Al Jazeera. 

Hoe of het nu zat met Qatar (zie blog van gisteren), kon hij wel alles doen wat hij wilde? Hadjji glimlachte vriendelijk. Zeker, er was geen censuur vooraf, zo zei hij. En ze konden items maken die niet helemaal in lijn waren met de politiek van Qatar. Qatar is intelligent, zo zei hij met een nog bredere glimlach. Waarmee hij dus indirect vertelde dat hij achteraf op de vingers werd getikt wanneer een item niet naar de zin van de Emir was. 

Wilde ik nog weten of Qatar invloed had op Tunesie? Nou dat wilde ik wel. Ik moest begrijpen dat Tunesie behoefte had aan investeerders. De economie van Tunesie ligt immers op zijn gat omdat er geen toerist meer komt. Daarnaast had Ben Ali de zaken altijd veel rooskleuriger voorgesteld dan ze waren. Tunesie is straatarm. De nieuwe regering heeft dus geld nodig en snel! Je kunt dus niet kieskeurig zijn. Van Europa is weinig te verwachten, die liggen aan een euro-infuus en dus kijkt Tunesie naar landen als Qatar en Saoudi Arabie, maar net zo makkelijk naar China of India.

Hij kende de mensenrechtenadvocate Radhia Nasraoui en haar echtgenoot, activist van het eerste uur, Hamma Hammami. Daar glimlachte hij niet bij. Hij zei niet, goh, wat leuk dat je die kent. 

Ik ga hen dus maar eens vragen of zij Lotfi Hajji kennen. 

Donderdag 8 maart

Deze week viert Nieuwspoort het 50-jarig jubileum. Het perscentrum wordt door buitenstaanders gezien als bolwerk waar parlementaire pers, politici en lobbyisten met elkaar 'sub rosa' smoezen en zuipen. Dat klopt. Het perscentrum wordt door de leden zelf gezien als bolwerk van het vrije woord. Dat klopt ook. 

Eergisteren werd de prijs voor het Vrije Woord postuum uitgereikt aan Hans Verploeg. Prachtig! Minder prachtig vond ik dat de hoofdredacteur van de Al Jazeera-redactie uit Tunesie een praatje hield. Niet alleen was het een dodelijk saaie speech, de journalisten in Tunesie liepen zeker niet voorop bij de Arabische Lente.  Het waren vooral jonge hackers en bloggers die het regime van Ben Ali op de knieeen dwongen en een voorbeeld waren voor jonge Egyptenaren, waardoor er een echte Arabische Lente ontstond. 

Zeker, journalisten in Tunesie hadden het niet makkelijk. Ze zijn jarenlang bedreigd, gearresteerd, gecensureerd. Maar ik had het mooier gevonden als bij de prijsuitreiking van het vrije woord, de sociale media in het zonnetje waren gezet. Dus had ik liever een Tunesische blogger horen spreken eergisteren, niet een journalist. Daar komt nog bij dat het ging om een hoofdredacteur van Al Jazeera. De zender wordt betaald door de emir van Qatar en is verre van onafhankelijk in haar berichtgeving. 

Oh ja, vandaag is het internationale vrouwendag. Gisteren had ik een etentje van de Vrienden van Nieuwspoort in een ijskoude Ridderzaal. Het was een select gezelschap van ministers, ministers presidenten en koninklijke hoogheden. Maar het was vooral een gezelschap van mannen. En omdat black tie op de uitnodiging had gestaan, was het alsof wij ons op de noordpool bevonden. De meest moedige pinguïns hadden hun zwarte strik ingeruild voor een strik met een kleurtje of een motiefje. Maar treurig was het natuurlijk wel: zoveel mannen en zo  weinig vrouwen. Kom op wijven, we moeten brutaler een plek opeisen op het publieke podium. Durven bluffen. Geen lichten meer onder de korenmaat.