Sneeuw in Nerja, deel 3

Eerder gepubliceerd: volkskrantreizen.nl, 2008

Bejaarden bezetten Nerja. Waar moeten we naar toe?

Belangrijk onderdeel van een vakantie is natuurlijk de accommodatie. Hotel, huisje, appartement, het is immer afwachten uit welke hoek de reclameplaatjes op internet zijn geschoten.
Ons hotel stond prachtig afgebeeld. Blauw zwembad, blauwe zee, wit hotel. Een mens zou er pijn van aan de ogen krijgen. Toen wij de eerste keer het terras opwandelden, bleek er met de plaatjes maar op één manier te zijn gesjoemeld: ze hadden gasten, rollators en krukken weggeretoucheerd. 
Op het terras zaten warmpjes ingepakt, een tiental ruime zeventig-plussers knikkebollend te overwinteren. Ik kreeg het er Spaans benauwd van.

Toen wij die eerste dag het Balkon van Nerja bezochten, een uitstekende rotspunt midden in het stadje met uitzicht op de baai, bleek ook hier de gemiddelde leeftijd ver boven het AOW-peil te liggen. Deze bejaarden spraken zonder uitzondering Engels; ik ontdekte dat Spaans allang niet meer de voertaal was in dit zuidelijke deel van het land.

Dat bejaarden een stadje bezetten, heeft voor de jongere toerist een groot voordeel. Overdag heb je van de ouderen geen last; ze zitten om 10 uur aan de koffie, om 12 uur aan de warme prak en om vijf uur aan de ‘tea’, een compleet ander consumptieritme dan wij hanteren. En ’s avonds heb je al helemaal geen kind aan ze: ze komen dan alleen de hotelkamer uit voor een potje bingo in de lobby. Zo vonden de meeste hotelgasten een demonstratie flamencodansen met prachtige meiden en een prachtige jongeman, enkel een tijdrovend voorprogramma: “I thought bingo started at nine dear. It’s now five past.” 

Het dorpje Nerja deelden wij dus ’s avonds enkel met de inheemse bevolking. Hetgeen betekende dat wij van tapasbar naar tapasbar trokken voor een vergelijkend warenonderzoek: waar werd de lekkerste wijn tegen de gunstigste prijs geschonken en waar werden de grootste en lekkerste gratis tapas geserveerd. Dit warenonderzoek leverde tegelijk de mogelijkheid om in contact te komen met de plaatselijke bevolking. “Hola, una botella vino tinto/rosado/blanco de mesa, por favor.” En “?Tapas?” bleken uiterst doeltreffend. Soms werden de tapas ons gebracht (zij het nimmer op een schoteltje dat ons glas moest bedekken), soms mochten wij ze watertandend aanwijzen in de bakken. 
Het was eigenlijk altijd goed. Wie van mij de top-3 van de tapasbars wil, moet maar mailen. Ik geef de namen niet aan jan-en-alleman. De kans is namelijk aanwezig dat een van de bejaarden wakker wordt, internet ontdekt, Nerja intikt, ziet dat buiten het hotel gratis eten te krijgen is en zijn oude vrienden en vriendinnen waarschuwt. Ik wil niet op mijn geweten hebben dat de Nerjajanen hun stadje volledig kwijtraken.